Afzien van een behandeling

Afzien van behandelen of stoppen met behandelen.
De gevolgen en late effecten van een behandeling zijn vaak heftig. Patiënten kunnen het idee opvatten dat de (nieuwe) behandeling en de gevolgen niet meer opwegen tegen de resultaten die ze van deze behandeling mogen verwachten. Een groot verschil is ook, of de behandeling is om te genezen of niet?

Artsen vergeten nog wel eens om aan de patiënt te vragen wat deze zelf wilt. Een behandeling aanbieden is eenvoudiger dan te zeggen dat de patiënt is uitbehandeld. Gelukkig krijgt ‘kwaliteit van leven’ met of zonder behandeling steeds meer aandacht. Ook de conditie speelt een belangrijke rol. Kan de patiënt behandeling nog wel aan? (fragiliteit)

De patiënt kan altijd een keuze maken.
Als er geen genezing meer mogelijk is, dan kan een patiënt  besluiten om geen behandeling meer te ondergaan. Genoeg! Wat volgt, is de weg naar de palliatieve zorg. Mensen gaan dan meestal naar huis en daar wordt de zorg overgenomen door de thuiszorg en gespecialiseerde verpleegkundigen. De huisarts blijft altijd medische zorg en begeleiding geven. Hij zal de vervelende gevolgen van de ziekte zo veel mogelijk bestrijden. Dit heet palliatieve zorg.

Ook een arts kan besluiten om te stoppen met de behandeling.
Ook een arts kan besluiten om de behandeling te stoppen als deze ziet dat het geen zin meer heeft. De patiënt is dan uitbehandeld en gaat dan ook naar huis of naar een Hospice. De huisarts neemt het dan over. (er blijft nog wel een optie voor een second opinion)

‘Hoe lang heb ik nog te leven’ en voorbereiden op een naderende dood is dan het gevolg. Met goede palliatieve zorg is een patiënt gelukkig verzekerd van hulp. Soms is er nog een bezoek aan het ziekenhuis voor b.v een bestraling om klachten te verminderen. Soms knappen ze zelfs op.(opleving).In een laatste fase kan de patiënt nog kiezen voor een hospice, maar veel mensen blijven liever thuis, dicht bij hun geliefden.

 Video :NFK